UITROEPTEKENS EN KAMPEREN

Nog even, en Nederlanders trekken weer in rotten van honderdduizend naar de Europese campings. Frankrijk, natuurlijk, en Spanje. Duitsland, Italië en de Scandinavische landen blijven amper achter. Filerijden is geen enkel probleem. Ze hebben het er graag voor over. Vooral in en rond de weekeinden. Lekker met elkaar. Dat betekent dus vooral ook achter elkaar. In de trekkende auto’s voorin heeft moeders haar blote zweetvoeten op het dashboard gelegd. Vakantie! Heerlijk!

Ik vind kamperen vreselijk. Dat ik dan toch enkele jaren geleden een campertje heb aangeschaft, heeft niets met kamperen te maken. Klik hiernaast “Rocinante III” aan en u begrijpt wat ik bedoel. Vrijheid, onderzoeken en ervaren. De randen van Europa bekijken, daar gevoel bij krijgen. Mensen, hun cultuur en de natuur. Dat lukt niet altijd in hotels en restaurants. Bovendien ben ik een fervente koffieliefhebber. Daarnaast reis ik met mijn hond en wil ik ook weleens, nou ja, ‘weleens’, uitslapen. Omdat ik vaak in het donker onderweg en op zoek ben. Historische binnensteden zijn – als niet alleen al die mensen zijn verdwenen, maar ook het daglicht is vertrokken, zo ontzettend veel mooier.

(Aanvulling woensdag 27 juni 2018: zojuist 13 plaatjes op Flickr geplaatst, die deze nachtelijke wandelervaringen in de loop der jaren illustreren.)

Maar goed. Gelukkig ben ik op geen enkele wijze gebonden aan ‘het seizoen’, dus kan ik mijn momenten kiezen. Dan is het ook een stuk stiller, en niet alleen op de campings die ik bezoek. Vorige week beleefde ik een primeur. Toen had de eerste auto, caravan of camper die ik zag eens een keer geen Nederlands kenteken. Het gaf me een gevoel van rust en opluchting. Zou dat trouwens niet een eerste vereiste moeten zijn, als je een camping bezoekt? Dat je kunt relaxen? Met Nederlanders in de buurt loopt dat vaak wat anders. Die willen weten waarom je alleen bent, en hoe zit dat dan met die hond? (“Je houdt hem toch wel vast hè.”) Waarom ben je hier, en waar ga je naar toe? En hoe ben je gereden? Was het druk? Blijf je nog lang, en waar ga je dan naar toe? En waarom? Waar kom je trouwens vandaan in Nederland? Je bent zeker met pensioen? Vaak worden de antwoorden niet afgewacht, maar vertellen ze zelf al waar ze vandaan komen, hoe lang ze erover hebben gedaan, waar ze verder nog naar toe gaan en dat ze niet meer werken… Ze hebben in ieder geval alle tijd. Rustig aan. Genieten.

Het hoort erbij. Volgens mij zoeken mensen dat juist op. Socializen. Lekker kijken wat anderen doen, met vaak een triple A-locatie in de buurt van de uitstortplaats van toilet, vuilwatertank en wasplaats.

Het was een proefreisje. Voor wat mogelijk mijn laatste rafelige randen-reis gaat worden naar Griekenland. Bestemming: het verre oosten van Duitsland. Dus toch weer zo’n rand. Het begon in Görlitz, en vandaar door naar de Sächsiche Schweiz (natuur), Meissen (porselein), Zwickau (Audi) en terug via Leipzig (Stasi). Op één van de twee campings die ik heb bezocht waren er weliswaar dus geen Nederlanders, maar dat betekende in dit geval toch niet de optimale ontspanning. Integendeel. Kamperen impliceert maar al te vaak gebod en verbod. Ik kom zelden tegen dat je warm welkom wordt geheten, “fijn dat je er bent”. Ja, je krijgt de prijzen in je gezicht geslingerd, net als de openingstijden van kampwinkel en kantine. Brood? Ja, maar alleen ’s ochtends vroeg! En hoe zit het met douchen? Tussen zes en tien! Niet later! Oh, en wat kost dat dan? Je moet munten kopen! En die kosten vijftig cent per stuk!

Uitroeptekens! Overal! Wat je moet doen! En wat je moet laten! Het is verboden! Je mag niet! Om de zwaarte van al die verboden nog eens extra te benadrukken, staan er vaak ook nog twee tot drie van die uitroeptekens achter. Eén werkt kennelijk niet meer… Lekker vrij en ongecompliceerd. Even uit de sleur van alle dag. Op adem komen. Kortom: gezellig op de camping. Een keertje uitslapen heeft een prijs.

Overigens was de trip fantastisch. Görlitz is een aanrader, steeds vaker noemt men dat tegenwoordig een ‘geheimtip’. Nou, dit is er één (!!). Aan de rand van de Neisse, met Polen aan de overzijde. Zoveel historie, en betrekkelijk ongeschonden uit de oorlogen gekomen. Dat geschiedenisboek gaat natuurlijk ook helemaal open op die andere locaties. Maar daarover een volgende keer meer. Dat is in ieder geval een leuk onderwerp, want over die ziekelijke leugenaar Mark Rutte zou ik niet meer schrijven.

Daarom uit de NRC van heden:

Premier Rutte was wel degelijk op de hoogte van een deal die de Belastingdienst in 2014 met oliemaatschappij Shell sloot. Dat geeft hij vandaag per brief toe tegenover de Tweede Kamer.

!!!

Je moet en je zult.

 

 

 

Een reactie op “UITROEPTEKENS EN KAMPEREN

  1. Heel herkenbaar. Ook je afschuw. Blij dat je Groot Brittannië en meer in het bijzonder Wales niet noemde in je opsomming, anders had ik me nog aangesproken gevoeld. Wij kamperen gewoon (uitstervend) met een tent, met als enige luxe “elektra”. Ik zou niet anders willen. En dan: geschiedenis, cultuur, natuur, maar ook gezellig barbecuen. Ik kijk er nu al naar uit.

    Like

Wat vind je eigenlijk zelf?

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.