Ook zo corona-moe? Ik in ieder geval wel. Lever dagelijks gedurende 16 uur zoiets als een gevecht om met iets anders bezig te zijn dan dat virus. Wat je leest, wie je spreekt, wat je doet. Corona. Mijn onderwerp van deze week is iets heel anders, ik wil niet meer. En misschien kan ik ook wel niet meer. Corona.
Maar mág het nog wel ergens anders over gaan? De wereld gaat immers kapot. Corona. Milieu en natuur hebben er baat bij. Maar zij presenteren ons dagelijks de rekening voor eerder gedrag van de mens. Het is al te laat. Begin april heeft de natuur een schrikbarend tekort aan water. Hogere temperaturen in het prille voorjaar dan in mijn vroege, Rotterdamse jaren midden in de zomer. En zo oud ben ik toch nog niet. De koperen ploert. Van bos- en heidebranden tot – straks – overstromingen. Letterlijk tropische buien. De natuur trachtte een herstel, maar het lukt niet meer. Corona. Zoek de verschillen.
Zelf ben ik de laatste tijd doorgeschoven, of beter gezegd afgegleden van eerst realistisch, aansluitend optimistisch tot nu pessimistisch. Corona. Als we met z’n allen beginnen te roepen, de knapste koppen voorop (Harvard) dat dit veel meer maanden en waarschijnlijker nog jaren gaat duren, dan gaat het nog jaren duren. Self-fulfilling prophecy. Net als de griep, komt ook ieder jaar terug met vele honderdduizenden doden. Maar COVID-19 is inmiddels volledig media-gestuurd. Dát is het virus dat de wereld in een ijzeren, moorddadige greep houdt. Een implosie. Straks speelt het weer even op, je kunt er op wachten, en worden we met z’n allen nog dieper de afgrond in geduwd. Kan dat trouwens nog? Ja. You ain’t seen nothing yet. Nóg meer beperkingen, aangestuurd door de app. Het licht blijft uit, met plastic voor de ramen. Want met zo’n virus weet je het maar nooit. Dodelijk, inderdaad. Raak elkaar niet aan! Ik zie vooral in figuurlijke zin rokende puinhopen voor me, op uitgestrekte verlaten vlaktes. Onder een stralend blauwe hemel, dat wel. Ondertussen wachten we op COVID-20.
Maar zo gaat het toch weer over dat onderwerp. Corona. Ik wil het afsluiten, in ieder geval voor nu. En dus verwijs ik naar de kop, de beste Buitenhof ooit. Omdat de vijf gasten van afgelopen zondag fantastisch en volledig vanuit hun eigen discipline, hebben geanalyseerd wat er aan de hand is. Hoe het komt, wat de impact is en en hoe daar mee om te gaan. Met Twan Huys op z’n best. Ik betrapte me op een open mond, ingehouden adem en volledige overgave. Buitengewone verslaggeving, briljante gasten, meningen die er toe doen. Hier een link naar de volledige uitzending, met onderaan mijn moeilijke keuze voor een fragment. Ramsey Nasr, of toch Jane Goodall? Het is Goodall geworden, mede vanwege mijn stemming hier en nu.

Iets anders dus. Iets leuks, en toch ook zo veelbetekenend. Heb ik nog ruimte? Afgelopen weekeinde heb ik die in ieder geval genomen. Een potje voetballen met mijn beide kleindochters.
Terwijl we, al spelend met de bal naar het veldje liepen, of beter gezegd huppelden, kwamen we nog drie vriendjes tegen. Of ze mee mochten doen? Natuurlijk, konden we een paar partijtjes doen van drie tegen drie. Ik heb ze ‘poten’ geleerd; wie won kon de eerste keuze maken voor zijn of haar team. Terug naar mijn jongensjaren in Rotterdam, alweer. Met niet alleen twee blonde meiden, maar ook met Bram, Michiel en Maarten. Hé, dat kan dus nog. Want dít zijn de namen die ik enkele maanden geleden even snel had opgeschreven voor een blog die er nooit is gekomen: Cody Gakpo, Jay-Roy Grot, Myran Boadu, Tyrell Malacia, Azr Matusiwa en Daishawn Redan. Huh? Dat ging over Jong Oranje, kun je nagaan. Maar mijn eigen jonge oranje stond zaterdag op het veld. Voelde goed, begrijpt u wel?
Overigens een veldje waar ik een jaar of zeven (…) geleden ook al was, toen met nog maar één kleindochter. ’s Middags, op een werkdag. Ze keek reikhalzend en vol verwachting naar de speeltoestellen. Maar toen ging mijn telefoon af (die ik nu amper nog bij me heb bij dat soort gelegenheden). Het was een prospect, die ik een e-mailing had gestuurd. Nou ja, prospect, eigenlijk was het al een jarenlange klant van mij. Maar deze dame was nieuw, op ‘human resources’. Wow, dan ben je iemand. En dat wilde ze laten weten ook. Ik werd er misselijk van. En nam ter plekke, terwijl dat meisje van toen een jaar of drie, vier al op de schommel zat, de beslissing dat ik moest gaan stoppen met dat werk van werving en selectie. In ieder geval met het zoeken naar nieuwe klantrelaties. Er zijn belangrijker dingen.
Het einde van een tijdperk. En zo zijn twee heel verschillende onderwerpen toch weer bij elkaar uitgekomen.
Dank voor deze blog en de link naar Buitenhof. Het is inderdaad de beste Buitenhof ooit. Heel inspirerend.
LikeLike