Het zijn alle drie kandidaten. Toen en nu. Dat toen gaat soms wel terug tot een jaar of tien, vijftien, want bij No Nonsense Consultancy volgen we kandidaten gedurende hun werkzame leven. Ik heb wel eens ergens geschreven dat het is zoals met goede wijn: die wordt in principe, mits goed opgeslagen, steeds beter. Rijper, en voller van smaak. Gelaagd. Dat geldt ook voor (goede) kandidaten. Je kunt van verkoper verkoopmanager worden, of doorgroeien naar een directiefunctie. Geldt natuurlijk ook voor technici. Of ‘de boekhouder’ van voorheen, die zomaar na de nodige studie en andere ontwikkeling ‘CFO’ wordt. Dat is interessant, en goed om te weten voor iemand als ik, aan wie dat soort mensen ooit expliciet hebben gevraagd om contact met ze op te nemen “als er iets leuks voorbijkomt”. Maar wat nu leuk is, kan over vijf jaar mogelijk helemaal niet meer de bedoeling zijn, toch?
Dat is het verschil met snelle handel en even wat cv’s schuiven. Je volgt je kandidaten over langere tijd kritisch en constructief in hun ontwikkeling. Dat is natuurlijk vitaal voor die ene, zo belangrijke match. Die ‘once in a lifetime opportunity’, die plotseling, ’s avonds om half tien zomaar voorbij kan komen… Voor veel minder doen we het namelijk niet.
Ik begrijp dat natuurlijk niet iedereen er altijd bij stilstaat om hun contacten met NNC bij te houden. Maar daarom is LinkedIn uitgevonden. Een toverdoos vol verrassingen. Feiten en hardnekkige leugens gaan hier hand in hand, zeker als je er eens een cv naast legt. Want die heb ik nog van tien jaar geleden, weet u nog wel? Nee, ik gebruik LinkedIn mede om die reden niet bij mijn werving en selectie, maar overduidelijk wel voor wat aanvullende updates: hoe heeft die carrière zich ontwikkeld? Dan gaan er soms werelden open. Met twee rode lijnen. De kandidaat die al in 2009 of 2012 door mijn opdrachtgever als te oud werd bestempeld, is nog steeds te oud en heeft dus nog altijd geen reguliere job gevonden. De arbeidsmarkt vindt hen niet meer relevant. Je ziet dan vaak termen als interim management en consultancy voorbijkomen, ze beginnen een beetje voor zichzelf. Maar ze zitten de jaren uit, zoveel is wel duidelijk. En de andere, zeer herkenbare rode draad is die van de jobhopper. Mensen zijn onvoorstelbaar consequent: toen niet stabiel, nog altijd niet stabiel. En ze schrijven het allemaal nog op ook, in geuren en kleuren. Who cares?
Terug naar die drie van het begin. Over contacten gesproken. Contact leggen, onderhouden en cultiveren. Het is zo’n kleine wereld. Je komt elkaar altijd wel weer een keertje tegen, al was het maar op die profielen van LinkedIn. Toen zaten er twee bij me aan tafel. Met hun cv in de hand. Op zoek naar een mooie uitdaging. Gesprekken van anderhalf uur en langer. Alles samen doornemen. Drijfveren, carrièrewensen, droombanen. Hun werk- en andere ervaringen. Opleiding, gezin, vrienden, collega’s en bazen. Twee koppen koffie zijn dan niet voldoende. Kandidaten worden opdrachtgevers, en opdrachtgevers worden – op dezelfde manier – kandidaten. Vertrouwelijkheid, diepgang, netwerk. Je kunt er op die manier over en weer heel veel mee bereiken.

Diezelfde twee haken in de waan van de dag rücksichtslos af. Zonder ooit meer iets te zeggen. Geen afspraken, geen mailtje, laat staan een telefoontje. Ze willen niks meer. Want ze zitten goed, denken ze, en je bent plotseling zélf niet meer relevant. Maar het gaat niet om mij, het gaat om die drie van toen. Plotseling zijn er dus twee heel erg druk, druk, druk, zo blijkt uit alles, en de derde heeft nu al een jaar of twee niks meer te doen. Die wil dus ineens juist van alles van je. Terwijl hij toen als (potentiële) opdrachtgever helemaal niet zo toeschietelijk was. Gesloten als een oester, afwerend, afhoudend, bepaaldelijk zelfs bot. Maar nu heeft hij je nodig, doet hij aardig en eist hij bijna die kop koffie op.
“Als je maar lang genoeg gewoon blijft, word je vanzelf bijzonder.” Ik vind dat een hele goede. Misschien kunnen we die slogan wat toespitsen: blijf altijd jezelf, voer geen toneelstukjes op. Een beetje vriendelijkheid kost geen geld, aan welke kant van de tafel je ook zit. Want LinkedIn is onverbiddelijk. Straks lees ik daarom weer dat tenminste één van die twee – want zo gaan die dingen – op zoek is naar een andere baan. En ik weet bijna zeker dat hij zich dan “ineens” weer meldt, net zoals die derde dat heeft gedaan. Oftewel: je netwerk als commodity.