Er moet toch ook wel wat leuks te schrijven zijn over één van mijn meest bijzondere reizen ooit. Over rafelige randen gesproken. Nou, die heb ik in het Noorden van het Europese vasteland nu wel gezien, letterlijk. Kan dus ook worden afgevinkt. Resteert nu nog Griekenland. Een mens moet wat te wensen hebben. Plannen maken is goed voor je.
Maar ik was nog niet klaar met de Baltische staten. Er is veel ellende voorbijgekomen in twee eerdere blogs – EIGEN VOLK EERST en ONGELUKKIG – , maar natuurlijk is het niet alleen maar oorlog, verbanning en martelarij in die drie ministaatjes. Een stad als Tallinn is ook gewoon een leuke, romantische bestemming. Ze worden vaak in één adem genoemd, de drie hoofdsteden van Litouwen, Letland en Estland, respectievelijk Vilnius, Riga en Tallinn. Als u een keus wilt maken om er even uit te zijn, dan zou ik het wel weten: Tallinn. In het afgelopen weekeinde hebben de Europese leiders er een zogenaamde digitale top gehouden. Ze zullen er een perfect decor hebben aangetroffen, in verschillende betekenissen.
Ryanair brengt u vanaf Dusseldorf Weeze rechtstreeks naar de belangrijkste stad van Estland. Maar huur vooral ook meteen een auto op de luchthaven, zodat u mobiel bent. Beperk u niet alleen tot een toeristisch bezoek, waar iedereen in de dubbele, oude stad al voor klaarstaat. Ga eens niet op in die massa. En ga zoals de vorige keer al even aangestipt ook niet in het weekeinde. Vermijd ‘de jeugd’ die het standaard op een zuipen zet aldaar. Scheelt herrie, ongemak en viezigheid. Neem dus de tijd. Binnen een week uit en thuis moet kunnen. Of besteed nog een paar dagen extra in Helsinki, op een steenworp afstand met de ferry. Dan is Tallinn charmant en een belevenis.

Slenter gerust uren door de middeleeuwse ‘bovenstad’ en pak een dag later de eveneens middeleeuwse – u raadt het al – ‘benedenstad’. Ontstaan omdat vooral die vermaledijde Duitse ondernemers (handelaren, verenigd in de Hanze) alle bemoeienissen van de ridders beu waren. Dit mag wel, maar dát mag absoluut niet. En dat ook niet. Nou, dan bouw je toch gewoon iets voor jezelf? Het is van alle tijden, en dat maakt zo’n stadsbezoek extra fascinerend. Een ondernemer doet toch waar hij of zij zin in heeft. En vaak bereik je dan iets. Profiteert iedereen van mee, dat is nog altijd te zien en te ontdekken in Tallinn. Een rijke architectuur, en koffiedrinken op dezelfde plek waar vijfhonderd jaar geleden ook al koffie werd gedronken. Je kijkt door dezelfde ruiten, naar dezelfde gevels. Gildehuizen en koopmanswoningen, rijk gedecoreerd en vol historie. Je zit er letterlijk en figuurlijk midden in de geschiedenis. Bestel er een exclusief taartje bij en koop wat handgemaakte superbonbons voor de thuisblijvers. Tot zover hang je gewoon de toerist uit.
Maar blijf dus niet achter je duurbetaalde espresso plakken. Trek er op uit. Een wijk als Kalamaja mág je gewoon niet overslaan. Toch doet meer dan 90% van de bezoekers dat. Je kunt daar in alle rust – want er komt toch niemand – een paar uur doorbrengen op, en tussen alle verhalen van een voormalige ijsbreker die voor anker ligt bij het maritiem museum, dat alleen al qua historische behuizing een bezoek meer dan waard is. Een paar meter verderop zijn in 1980 de Olympische zeilwedstrijden gehouden. Jawel, de Olympische Spelen van Moskou.
Die huurauto heb je nodig voor een tweedaagse trip naar Sillamäe en Narva. Kijk, dan ben je in Rusland. Pak gewoon de weg naar het oosten, zoveel is wel duidelijk. Sillamäe stond tot voor een paar jaar geleden zelfs niet eens op de kaart, en ik bedoel dat letterlijk. Off limits, want de Rus was er bezig met de exploratie, verwerking en verrijking van levensgevaarlijke mineralen voor de oorlogsindustrie. Toch een stad met zo’n 15.000 mensen. Ze zijn in Sillamäe werkelijk in die tijd blijven steken. Het is ongelofelijk wat je daar nog aantreft. Van de buurtsuper tot op de industrieterreinen.
Verbaas je, pak een paar woonblokken mee die zo herkenbaar voor Russische bouw in witte steen zijn opgemetseld en overigens worden weggevreten door betonrot en de pis van tientallen verwilderde katten, en zet koers naar Narva. Nota bene de derde stad van Estland, maar zonder toeristen en ook al bewoond door bijna uitsluitend Russen. Daar sta je dan; aan de rivier, die de grens vormt van de EU met het rijk van Poetin de Grote. De mensen moeten er door kooien van “west” naar oost, maar gelukkig ook omgekeerd. Hè, wat vervelend nou. Ik wilde het leuk houden. Maar aan onderdrukking en vernedering is zodra de Rus in beeld komt, niet te ontkomen. Ook al wil je dat nog zo graag.